123456789012345678901212345678901234567890121234567890123456789012123456

1234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567812345678901234567890123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890123456781234

Bethesda

Huis van barmhartigheid

Bethesda was een "gebouw" met vijf zuilengangen (5 is het bijbelgetal van genade, barmhartigheid). Het ligt vol geestelijk verblinden, verlamden, zieken, verzwakten en vermoeiden. Ze liggen allemaal met smart te wachten op het "levend worden van het water". Want het "water" in "het huis van Barmhartigheid" is levenloos geworden. Al haar woorden, preken, belijdenissen, liturgieën, opwekkingsliederen, al haar heidense, afgodische kerst-, paas- en pinkstertradities, geven géén genezing.

Wél daalde er "van tijd tot tijd" een engel van de Heer neer (Joh.5:4). Het "water" werd dan voor korte tijd "bewogen". Er kwam even leven in. Ja, soms komt er een opleving, een reveil. Dan wordt het verstarde woord weer levend. Maar wat gebeurt er dan steeds? Haast ieder zich dan niet naar dit bewogen "water" voor zijn eigen genezing? Zoekt iedereen, hoe blind, ziek, verschrompeld of verzwakt als hij is, niet egoïstisch zijn eigen voordeel? Wie denkt er aan de ander? Maar bovenal: wie denkt er aan de Almachtige Heer van de hemel? Waar is de gezindheid die in Christus is? God riep al ten dage van Ezra uit: "Er is bij u geen gedachte aan Mij!" (Hag.2:18). Ieder gaat altijd maar weer "draven voor een eigen huis", voor eigen belangen, voor genezing van het eigen groepje!

Wat een toestand in het "huis van barmhartigheid" (vgl. Jes.1:1-20)! "Zo zegt de Heer: Welke weg zijn jullie eigenlijk ingeslagen? Ga naar de bergen, haal daar hout en bouw Mijn huis weer op. Met vreugde zal Ik dat aanvaarden, zegt de Heer" (Hag.1:7-8). Ja, volk van God, "was u, reinig u, doe jullie boze daden uit Gods ogen weg" (Jes.1:16). Was u in de bron, die "te dien dage zal zijn ontsloten voor het huis van David en voor de inwoners van Jeruzalem ter ontzondiging en reiniging" (Zach.13:1).

Deze "Bron ter ontzondiging en reiniging" was Jezus en Hij ging naar "Bethesda". Daar richtte Hij een "man" op, die "achtendertig jaar" "zwak" was geweest. Wat een heerlijk teken! Christus komt naar "Bethesda" om daar de door zonde verzwakte "man" op te richten.

Uit: Verborgen Manna